De paarden spoelworm is een zeer vruchtbare worm. Een vrouwelijke  worm kan tot 200.000 eitjes per dag leggen, die dan met de mest op de weide komen. Spoelwormeitjes worden omgeven door 3 lagen. Eitjes zijn goed beschermd tegen droogte, temperatuurverschillen en chemische stoffen en kunnen tot 10 jaar infectieus blijven. Doordat de eitjes zo goed kunnen overleven buiten het paard is elke weide waar paarden hebben gelopen als besmet te beschouwen. Echter de infectie wordt vooral overgedragen tussen veulens van verschillende jaargangen. Bij onvoldoende hygiëne komen ernstige infecties ook op stal voor.

Levenscyclus:

Spoelwormeitjes, met daarin al vaak een larfje, kunnen het gehele jaar worden opgenomen. Aangekomen in de darm kruipt het larfje uit het eitje, dringt door de darmwand en komt in de lever terecht. Na passage door de lever gaan de larven, via de bloedbaan, naar de longen. Afhankelijk van de hoeveelheid larven kan een ernstige longontsteking ontstaan. Let er wel op dat als er een vermoeden is van een longontsteking als gevolg van een spoelworm infectie,  er nog geen spoelwormeitjes in de mest worden gevonden: er zijn immers nog geen volwassen wormen in de darmen. Vanuit de longen worden de larven via de luchtpijp opgehoest en doorgeslikt. Bij terugkomst in de dunne darm vindt de laatste vervelling plaats tot de volwassen worm. Bij aanwezigheid van een groot aantal volwassen wormen kan een gedeeltelijke verstopping van de dunne darm ontstaan. In deze situatie vinden we natuurlijk wel een groot aantal eitjes in de mest.

 

Symptomen:

Spoelworminfecties kunnen de gezondheid van uw jonge paard sterk beïnvloeden. Hoesten, neusuitvloeiing en  benauwdheid kunnen optreden. Bij een ernstige besmetting kan de groei vertraagd worden, de paarden vermageren, een doffe vacht krijgen en in z’n geheel niet fit zijn. Neem daarom bij twijfel altijd contact op met de dierenarts.

 

Diagnose:

De diagnose van spoelwormen wordt gesteld aan de hand van de klachten en een lichamelijk onderzoek. Dit wordt bevestigd als er levende wormen in de ontlasting te zien zijn of als zij bij een mestonderzoek onder de microscoop eieren laten zien. Daarnaast kun je uit een bloedtest ook halen of er bepaalde witte bloedcellen verhoogd zijn, wat kan betekenen dat er een (spoelworm)infectie is.

foto; VPL 'Het Woud'

 

Behandeling:

Uit onderzoek is gebleken dat veel spoelwormen bij veulens resistent zijn tegen Ivermectine, het actieve bestanddeel in veel gebruikte wormkuren. Middelen die wel werkzaam zijn, zijn Pyrantel of Fenbendazole. Beide middelen werken slechts tegen de volwassen wormen die eitjes leggen, niet tegen zich ontwikkelende larven.

Bij ernstige ophopingen van spoelworminfecties heeft het paard ook ondersteunende behandelingen nodig ( pijnstilling, ontstekingsremming, laxeren of soms kan zelfs een operatie noodzakelijk zijn) .

De bestrijding berust vooral op het laag houden van het aantal eitjes dat via de mest van besmette paarden op de weide komt en op het voorkomen van schade door spoelwormen aan darmen, longen en lever. Paarden bouwen snel weerstand op tegen spoelwormen. Spoelwormen worden daarom zelden bij paarden ouder dan 2 jaar gevonden. Het is een infectie die vooral bij veulens en éénjarigen voorkomt. De meeste infecties zien we bij veulens van 4 maanden en ouder. Controleer bij veulens vanaf 4 maanden ongeveer elke 2 maanden of er spoelwormeitjes in de mest aanwezig zijn. Bij een positief mestonderzoek ontwormen met een van bovengenoemde middelen.